Achteraan het peloton moet ook reclame zijn
De oorspronkelijke titel van dit boek was “Gazettenpraat: Een “literatuurstudie” over Ton Vissers met nu en dan een zijsprong naar andere mistoestanden”, maar achteraf bekeken was deze titel minder aantrekkelijk. Niettemin blijft de ondertitel “Een “literatuurstudie” over Ton Vissers met nu en dan een zijsprong naar andere mistoestanden” gelden en is het een mooie weergave van de opzet van dit boek.
In dit boek wordt namelijk een mindere periode van de wielergeschiedenis beschreven aan de hand van de avonturen van Ton Vissers, sportdirecteur bij de ploegen Willem II-Gazelle, Gazelle, Canada Dry-Gazelle, Robot-Gazelle, Alsaver, Zoppas, AMKO en Vorselaars Autoschade. De tocht gaat van grote successen ten tijde van Willem II-Gazelle naar steeds minder succes en des te meer moeilijkheden.
Ton Vissers stond echter niet alleen. Ook andere ploegen hadden veel financiële of organisatorische problemen en een aantal daarvan krijgen ook een korte beschrijving zoals de ploegen Peijcom, Wybert-Läkerol, Kela, M.I.C.-Ludo-de Gribaldy, Rompelberg-Bonfrère, Splendor-Presutti, De Onderneming, Piccadilly-Ruysdael, Jet Star Jeans, Bode Deuren en La Cloche.
Wie bij deze ploegen reed, al of niet als gastrenner, was niet altijd even duidelijk. Dat veel renners niet of niet volledig betaald werden was dat wel. Dat de successen meestal miniem waren eveneens. Maar de ploegen maakten onderdeel uit van het wielerpeloton en zorgden ervoor, door de aanwezigheid van deze mindere goden, dat de groten zoals Eddy Merckx, Roger De Vlaeminck, Rik Van Looy, Walter Godefroot, Herman Vanspringel, Eric Leman, Jan Janssen, Rini Wagtmans, Joop Zoetemelk, Jan Raas, Gerrie Knetemann en Hennie Kuiper konden schitteren. Zoals Fred Rompelberg, die zich de situatie van de mindere renners aantrok zei: “Ook achteraan in het peloton moet er reclame zijn.”
Gegevens
Auteur: Jan De Smet
Publicatiedatum:
Aantal Pagina’s: 263
Afmetingen: 21,5 x 28,5 x 2,0 cm
ISBN: –
Bindwijze: Hardback
Gerelateerde producten
-
Rik Van Looy – De val van een (wieler)Keizer) – Anni Horribiles 1963 & 1964
Eind 1962 was Rik Van Looy de Keizer, niet alleen van Herentals, maar van de wielersport, of toch van de eendagskoersen, ook al had hij dan zijn Wereldtitel niet kunnen verlengen. De Tour de France was nog wat anders, ook al had hij deze gedynamiteerd, hij begon aan een eindzege te denken.
En zo liep het verkeerd. Rik Van Looy rekende op een Tour de France op zijn maat gemaakt en toen bleek dat dit minder het geval was dan hij verwachtte, en er nog altijd meer tijdritkilometers waren dan hij wenste (en vooral aankon), zat het spel de wagen op. Van Looy verklaarde zonder boe of ba dat hij, als het parkoers niet zou aangepast worden, niet zou starten.
Ondanks aandringen van diverse kanten weigerde Rik op zijn woorden terug te komen. En zo kwam een Kempische keikop in conflict met twee West-Vlaamse keikoppen, vader en zoon Claeys, de bazen van rijwielfabriek flandria, de constructeur en toenmalige werkgever van Rik Van Looy, en op dat moment nog op zoek naar een nieuwe extra-sportieve partner en vooral financier van hun wielerploeg.
Dit conflict betekende meteen de start van twee wielerseizoenen vol verwikkelingen: de overgang van Rik Van Looy naar een nieuwe werkgever, G.B.C. en later G.B.C.-Libertas, een voorseizoen zonder klassieke overwinning maar wel met een ingewikkelde sleutelbeenbreuk, het conflict tussen de Italiaanse wielerbond en de vereniging van de beroepssector, met de vaudeville van twee gelijktijdige Italiaanse kampioenen in de Giro d’Italia, de jacht van Rik Van Looy op de groene trui in de Tour de France, het ‘verraad van Ronse’ met de Groene Leeuwen van Berten De Kimpe en dan vooral Benoni Beheyt in een hoofdrol, de overstap van Rik Van Looy naar Rik Van Steenbergen en diens Solo-ploeg, de intrede in de wielersport van het wielermerk Superia, eigendom van een andere tak van de Claeys-familie en aartsrivalen van flandria, een voor Rik Van Looy volledig mislukt wielerseizoen 1964, met als dieptepunten een soap rond een al dan niet schorsing na zijn forfait voor Paris-Nice, zijn zware val in de Tour de France en de coalitie ‘Allen tegen Van Looy’ in het wereldkampioenschap te Sallanches.
Kortom, in dit boek beleven we twee wielerseizoenen waarin de verhoudingen totaal op hun kop gezet werden. Rik Van Looy was niet langer de onbetwiste heerser waarvoor iedereen, met inbegrip van de Belgische Wielerbond boog, maar, hoewel nog immens populair, terug een renner zoals anderen en zijn opvolgers stonden klaar. Een zekere Eddy Merckx werd immers in datzelfde Sallanches bij de liefhebbers wel Wereldkampioen en voerde een hele nieuwe generatie aan die de komende tien jaar de wielersport zou domineren.
Gegevens
Auteurs: Jan De Smet en Patrick Feyaerts
Uitgever: Jan De Smet
Publicatiedatum: 2019
Aantal Pagina’s: 210
Afmetingen: 21,3 x 28,5 x 1,8 cm
ISBN: –
Bindwijze: HardbackINHOUD -
40 + 40 = 70 – Het wielerleven van Noël Demeulenaere
Als je Vlaanderen zegt, zeg je wielersport. Als je wielersport zegt, zeg je sponsors. Zeg je Vlaanderen, wielersport en sponsors in één zin, dan kom je bij Noël Demeulenaere uit.
Noël Demeulenaere was van jongs af aan gepassioneerd door de wielersport. Plaatselijke vedetten zoals Boudewijn Devos en Julien Gekiere hadden daar een groot aandeel in. Noël volgde hen naar hun wedstrijden en vierde mee bij de talloze overwinningen.
Zelf koersen zat er niet in maar door zijn zakelijk instinct en zijn enorm netwerk was hij gedoemd om uiteindelijk in het wielerwereldje terecht te komen.
Al bij al gebeurde dit toch nog vrij toevallig. Op het einde van 1971 trok het bedrijf Mars van de chocoladerepen en Hein Verbruggen zich terug uit de ploeg Mars-flandria. Het eens zo grote flandria zat daardoor in financiële problemen. Maar Beaulieu en dus Noël Demeulenaere sprongen bij en creëerden flandria-Beaulieu. Een grote ploeg met o.a. de wereldkampioenen Eric De Vlaeminck en Dirk Baert. Alsook jan Janssen, André Dierickx, Johan De Muynck en op het einde van het jaar Freddy Maertens.
De samenwerking was eenmalig maar Noël Demeulenaere was het wereldje binnengerold en zou het de komende 36 jaar niet meer verlaten.
Na flandria kwamen Splendor met Michel Pollentier in de Ronde van Vlaanderen en vervolgens Hitachi met Claude Criquielion als wereldkampioen en winnaar in de Ronde van Vlaanderen.
Noël Demeulenaere keek echter niet alleen naar de grote renners. Ook vele kleine renners en kleine sponsors konden bij hem terecht. Euroclean, Ipso, Willy Naessens, Collstrop, Palmans, Assur Carpets, enz …. Te veel om op te noemen zorgden ervoor dat vele Vlaamse en buitenlandse mindere goden aan het werk konden in het wielerpeloton.
Daarnaast werden deze ploegen ook helpers bij de omscholing van renners. Adri van der Poel werd crosser bij Collstrop, Mario De Clercq bij Palmans, Johan Capiot en Carlo Bomans kregen een kans om uit te bollen en de stap naar sportdirecteur te zetten. Andere renners konden dan weer in deze ploegen een stapje terugzetten voordat ze een grotere naar voor zetten.
Andere ploegen die met de hulp van Noël Demeulenaere het levenslicht zagen waren Aernoudt met de jonge Eric Vanderaerden, Vermeer-Thijs met Fons De Wolf, Europ Decor met Frank Hoste en Marc Sergeant en Marlux.
Het meesterwerk van Noël Demeulenaere was echter de vorming van DE topploeg. Het huidige Quickstep-Innergetics is namelijk de erfgenaam van de Mapeiploeg die op zijn beurt weer ontstond uit de MG-GB-ploeg die de voortzetting was van TonTon Tapis-GB in 1991. De start was toentertijd misschien wat minder, onder andere door de financiële problemen van TonTon Tapis, maar GB deed verder en groeide uit tot de ploeg van Vlaanderen. Tot 1998 werden er 466 overwinningen behaald met zelfs een topjaar 1997 met 93 overwinningen.
Naast deze falanks van het wielrennen had Noël eveneens zijn aandeel in de groei van de Lotto-ploeg. Hij stond mee aan de wieg van deze ploeg en zorgde aanvankelijk via Isoglass voor de nodige co-sponsoring. Later bracht hij Berryfloor, Mobistar, Adecco en ABX als co-sponsors aan.
In de periode 2003-2004 werd zelfs met de ploeg US Postal-Berryfloor tweemaal de Tour de France gewonnen. Toch het hoogtepunt in een wielerjaar.
Noël Demeulenaere doet het de laatste jaren wat rustiger aan. Niettemin heeft hij nog altijd zijn aandeel in het ontstaan van ploegen zoals Jartazzi, Mitshubishi, Revor, Chocolade Jacques en recent in de transfer van Niko Eeckhout naar de ploeg van Sean Kelly.
We hebben op dit alles ons rekenmachine losgelaten. 739 renners kregen een contract bij ploegen waar Noël Demeulenaere voor de sponsoring zorgde. Dit komt neer op ruim 1600 jaarcontracten of maar liefst 16 eeuwen. Renners van 33 verschillende nationaliteiten kregen een contract. En dit alles werd bekroond met 1870 overwinningen.
4 Wereldkampioenen (Criquielion, Museeuw, Camenzind, Olano), 3 wereldbekers, de Tour (Armstrong), de Giro (Tonkov) en de Vuelta (Heras), 99 ritoverwinningen in Tour, Giro en Vuelta. Alle klassiekers met uitzondering van Luik-Bastenaken-Luik.
27 Nationale kampioenen, 4 Wereldkampioenen in het veldrijden en 10 nationale kampioenen, 1 wereldkampioen achtervolging en 4 nationale kampioenen op de piste.
Dus zeker een boek dat zowel voor de wielerkenner als voor de niet-wielerkenner de moeite waard is om aan te schaffen.
Gegevens
Auteur: Jan De Smet en Marc Fourneau
Uitgever: Jan De Smet
Publicatiedatum: 2008
Aantal Pagina’s: 102
Afmetingen: 21,5 x 30,3 x 1,2 cm
ISBN: –
Bindwijze: HardbackINHOUD -
Armand Desmet – ‘Mantie Smet’ Luitenant zonder strepen
In de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw tierden de ‘flandriens’ nog welig in de Vlaamse gezinnen. Jonge Vlaamse kerels die niet leerden lezen door Hendrik Concience, maar wel door ‘Koarle’, Karel, Van Wijnendaele.
Zo ook in de streek van Waregem waar Armand Desmet of ‘Mantie Smet’ het koersen als het ware met de moedermelk meekreeg.
Mantie verslond de boeken van Karel Van Wijnendaele over “Het Rijke Vlaamsche Wielerleven”.
Mantie droomde van de koers, Mantie at koers, Mantie dronk koers, Mantie asemde koers, Mantie was koers. Mantie wou worden zoals Ritten Van Leirberghe in de Ronde van Vlaanderen van 1919 en “Ze allemoal noar huus rieën”.
Mantie werd profrenner bij de Groene Leeuw, een rijwielfabriekje uit het nabijgelegen Deinze bij de legendarische sportdirecteur Berten De Kimpe. Het was het begin van een schitterende carrière, maar ook een carrière met veel tegenslagen.
Mantie won de eerste uitgave van de E3-prijs in Harelbeke en in 1959 won hij de Ronde van België. In de Tour van dat jaar beging hij, volgens zijn zeggen, de grootste stommiteit van zijn leven. Hij verspeelde een unieke kans om in de Gele Trui te rijden.
In 1960, in de Vuelta, stond Mantie een paar dagen voor het einde ruimschoots op kop. Een ongelukkige val zorgde echter voor een schouderblessure. Twee dagen voor het einde ging zijn ploegmaat Frans De Mulder, al of niet opzettelijk, mee in een ontsnapping. Mantie was de eindoverwinning in de Vuelta kwijt aan zijn ploegmaat, zelf werd hij nog 2de. Maar van Berten De Kimpe, zijn sportdirecteur, moest hij nooit meer iets weten.
Mantie maakte de overstap naar de Rode Garde van Keizer Rik Van Looy. Mantie leerde het professionalisme van de Italiaanse ploegen kennen met trainingskampen aan het Gardameer, mooie hotels, kostuums enz…. maar bleef een van de meest onfortuinlijke renners uit de wielergeschiedenis. In de Giro van 1962 won Mantie een rit en kwam in het bezit van de Roze leiderstrui. Tot de 15de rit gereden werd. Die ging over de Passo Rollo. In een verschrikkelijke sneeuwstorm zoals die in de Giro kunnen voorkomen, gaf heel zijn ploeg, op Huub Zilverberg na, op en Mantie verloor op een dramatische wijze zijn leiderstrui.
Het jaar erop was er een prachtige prestatie met een 5de plaats in de Tour de France en het kon zelfs meer geweest zijn indien hij iets beter had gepresteerd in het tijdrijden. Hij werd geselecteerd voor het wereldkampioenschap in Ronse. Een wereldkampioenschap waarin hij een belangrijke rol speelde en vanuit een bevoorrechte positie de door iedereen gekende afloop van het WK kon aanschouwen.
In 1964 kwam hij in de 13de rit van de Tour zwaar ten val tijdens de afdaling van de Envalira en even werd het allerergste gevreesd. De sporen van die val droeg hij zijn hele verdere leven mee.
Mantie was een Flandrien. Winnaar van de Ronde van België, 2de in de Vuelta, 5de in de Tour (en het kon meer geweest zijn), 10de in de Giro, toptien plaatsen in klassiekers zoals 3de Luik-Bastenaken-Luik, Gent-Wevelgem en Parijs-Brussel 4de in de Ronde van Vlaanderen en de Waalse Pijl, 5de in Parijs-Roubaix, 8ste in de Ronde van Lombardije en 10de in Milaan-Sanremo.
Flandriens sleuren, beuken, stoempen, trekken, zwoegen en draaien hun kas af.
Mantie was een Flandrien.
Mannen als Mantie die maken ze niet meer.
Mannen als Mantie die verdienen ……… een boek.
Gegevens
Auteur: Jan De Smet en Marc Fourneau
Uitgever: Marc Fourneau
Publicatiedatum: juli 2017
Aantal Pagina’s: 268
Afmetingen: 21,5 x 30,3 x 2,1 cm
ISBN: 9789460210402
Bindwijze: HardbackINHOUD